Soest krijgt 13.000 jaar oude boom van Leusden

Soest – Op landgoed Den Treek in Leusden zijn onlangs de resten gevonden van een 13.000 jaar oud bos. Het bos bestond uit een mengeling van dennenbomen en dwergberken.

Een voor Nederland zeer unieke vondst. De gemeente Leusden heeft nu een exemplaar van de dwergberk aangeboden aan de gemeente Soest. Eind maart wordt de boom, die nu nog op het landgoed ligt, naar Soest vervoerd en begin april in Soesterberg geplant.

Soesterberg krijgt door deze gift van Leusden een heel bijzondere ‘landmark’ in haar centrum. Het planten van de nu nog kale stam vindt op zaterdag 1 april om 10.30 uur plaats, nabij de Kampweg. Als trotste wethouder sluit Jannelies van Berkel het plantgat.

Uit een oud moeras
De toen gezonde bomen zijn 13.000 jaar geleden omgewaaid en in een moeras terecht gekomen. Over het moeras is vervolgens een deklaag ontstaan van stuifzand waardoor de bomen opmerkelijk goed bewaard zijn gebleven. Een voor Nederland zeer unieke vondst. De bomen geven onderzoekers veel informatie over deze oeroude vegetatie. Het bos heeft zich indertijd ontwikkeld in een relatief milde periode tussen de eerste en tweede ijstijd. Een periode waarin het Nederlandse landschap er uitzag als een uitgestrekte toendra zoals die nu nog gevonden wordt in het uiterste noorden van Europa.

Dwergberk
Een van de gevonden boomsoorten is een dwergberk. De stammen zijn aan de buitenste randen ingerot maar in de kern verrassend goed bewaard gebleven. Gemeentelijk bosbeheerder Jan Tupker: “Een belangrijk kenmerk van de dwergberk is de overlevingskracht. Zolang de sapkanalen intact zijn, kan de boom onder de meest extreme omstandigheden overleven. De berk bevat veel latente cellen. Zodra de temperatuur iets stijgt en er vocht in de omgeving gevonden wordt komen deze cellen tot ontwikkeling en gaat de boom zelfs na 13.000 jaar weer uitlopen.”

Als alles volgens plan verloopt, ontwikkelt de boom op de stam al rond de zomer de eerste dikke bladknoppen. Na verwachting duurt het zo’n twee jaar voordat er sprake is van een redelijke ontwikkeling van takken.